Benchmark gemeenten
Achtergrond benchmark
De Benchmark van Stichting OPEN rapporteert de volumes afgedankte elektrische en elektronische apparaten (AEEA) die via gemeentelijke inzamellocaties zijn afgevoerd. Met deze benchmark krijgen gemeenten inzicht in de ingezamelde volumes AEEA per kwartaal, de vergoeding die daarbij hoort en de impact door de gescheiden inzameling op het milieu (door bijvoorbeeld besparing van CO2-uitstoot). Deze inzameling wordt bovendien gespiegeld aan vergelijkbare gemeenten. Hierdoor ziet iedere gemeente direct hoe goed hun inzameling loopt. De benchmark rapportage is anoniem, dat betekent dat de inzameling van uw gemeente niet zichtbaar is voor andere gemeenten. De benchmark is bedoeld om je tijdig en transparant inzicht te geven in de inzameling.Doelgroep benchmark
We sturen de benchmarkrapportage naar de afvalbeleidsmedewerkers en milieustraatbeheerders. Daarvoor maken we gebruik van de emailadressen die bij ons bekend zijn. Echter, hebben wij niet van alle gemeenten en alle relevante medewerkers de juiste contactinformatie. In het geval dat je bij een koepelorganisatie werkt die de afvalinzameling verzorgt voor meerdere gemeenten, vragen we je hier extra aandacht aan te geven: deel de benchmark dus vooral aan de juiste medewerkers van jouw organisatie.Dataverantwoording inzamelgegevens
De benchmark is met de grootst mogelijke zorg samengesteld. Bij de berekening is gebruik gemaakt van zowel weeggegevens als conversiegewichten en verdeelsleutels. Hierdoor kunnen de gewichten in de benchmark verschillen van de factuurvoorstellen. De gewichten die staan beschreven op de factuurvoorstellen zijn de gewichten die vrij zijn gekomen van een bepaald inzamelpunt. Deze gewichten zijn in de benchmark in sommige gevallen nog verdeeld met verdeelsleutels over meerdere gemeenten. Dit is verder toegelicht onder verdeelsleutels. Beide soorten data zijn gebruikt om een zo nauwkeurig mogelijk inzicht te geven in de ingezamelde hoeveelheden. Aan de inhoud van dit overzicht kunnen geen rechten worden ontleend. Stichting OPEN is niet verantwoordelijk voor enige onjuistheden in het overzicht en accepteert dan ook op generlei wijze aansprakelijkheid voor enige schade die mogelijk voortvloeit uit het gebruik ervan. Een aantal specifieke elementen van de benchmark worden uitgelicht.Inzameling per inwoner
De inzameling per inwoner staat centraal in de benchmark. Dit is de indicator voor de inzameling die goed onderling is te vergelijken. De gemeente met de hoogste inzameling per inwoner zal dus op de eerste plek eindigen. De gemeente met de laagste inzameling per inwoner op de laatste plek.Selectie inzamelpunten binnen jouw gemeenten
De inzameling van milieustraten, kringloopwinkels en gemeentewerven binnen de gemeentegrenzen wordt meegenomen in de benchmark. Winkels zoals elektronicawinkels en bouwmarkten met een inzamelmiddel van Wecycle worden niet meegerekend in de benchmark. Deze selectie is bewust gekozen om twee redenen:- Omdat winkels buiten de invloedsfeer van een gemeente liggen en een sterke beïnvloeding kan hebben op de uitkomst van een benchmark. Een distributiecentrum met een hoge inzameling binnen de gemeentegrenzen maar een verzorgingsgebied van ver daarbuiten kan de benchmark sterk vertekenen;
- Ook kringloopwinkels die niet onder de gemeente-overeenkomst staan opgenomen worden meegenomen in de vaststelling van de benchmark. Hiervoor is gekozen omdat in Nederland de samenwerking tussen kringloopwinkels en milieustraten intensief is. Door middel van Dienst Verlening Overeenkomsten (DVO’s) wordt een ophaalservice van AEEA van gemeente inwoners vaak uitbesteed aan kringloopwinkels. In deze benchmark is daarom aangenomen dat al het AEEA van kringloopwinkels onder de invloedsfeer ligt de gemeente en dus meegenomen worden in de benchmark.
- De retail inzameling van bedrijven zoals elektronicawinkels.
- De inzameling van installateurs en keukenwinkels.
- De fijnmazige inzameling van supermarkten, tuincentra en bouwmarkten.
- De inzameling van metaalrecyclers.
Inzamelgegevens
De inzamelgegevens zijn gebaseerd op wegingen van het afgevoerde materiaal bij de acceptant. Dit is in het geval van milieustraten bijna altijd het sorteercentrum waarbij de AEEA-containers ook worden aangemeld. Deze cijfers van de weging zijn niet gecorrigeerd voor vervuiling zoals restafval of karton dat mee is gekomen met het AEEA. Wanneer fijnmazige inzameling plaatsvindt kan het ook voorkomen dat individuele apparaten of containers worden omgezet naar gewichten met behulp van conversiegewichten. Dit betreft maar een klein deel van de inzameling.Verdeelsleutels gewichten
De ingezamelde gewichten worden per inzamelpunt (zoals bijvoorbeeld milieustraten) geregistreerd. Sommige milieustraten zijn echter toegankelijk voor inwoners uit verschillende gemeenten. In dit geval maken we gebruik van verdeelsleutels, om de geregistreerde volumes te verdelen over de betrokken gemeenten. Deze verdeelsleutels hebben we afgestemd met alle gemeenten. Deze zijn soms gebaseerd op basis van de bezoekersaantallen, op verdeling van inwoners per gemeenten of andere schattingen. Wanneer geen reactie ontvangen is van uw gemeenten hebben we een inschatting gemaakt van deze verdeelsleutel, op basis van de inwoners van de gemeenten die mogen inleveren op de desbetreffende milieustraat.Inwoners CBS
De inzameling wordt uiteindelijk uitgedrukt in inzameling per inwoner. Dit getal is goed te vergelijken tussen de verschillende gemeenten. Hiervoor maken we gebruik van de inzameling en de inwonersaantallen per gemeenten. De inwonersaantallen zoals gepubliceerd door het CBS worden gebruikt voor de inzameling.AEEA in restafval
Het AEEA in restafval wordt berekend door het restafval van een gemeente te vermenigvuldigen met het gemiddelde percentage AEEA in restafval. Restafval per gemeente wordt bijgehouden door het CBS. Het percentage van AEEA in restafval wordt jaarlijks gemeten in sorteeranalyses. Dit percentage is in de benchmark generiek voor heel Nederland en gebaseerd op gegevens zoals bij Stichting OPEN bekend. Er is dus niet gebruik gemaakt van sorteeranalyses die specifiek zijn voor iedere gemeente. Het generieke percentage wat is gebruikt is vastgesteld op 0.95% (gebaseerd op sorteeranalyses uit 2021) en gebaseerd op sorteeranalyses van restafval afkomstig uit het hele land en bij verschillende typen gemeenten (stedelijkheidsklasse, tariefsysteem). De hoeveelheid restafval is gebruikt zoals meest recent beschikbaar via CBS Statline . Wanneer bij het CBS geen gegevens beschikbaar zijn van de hoeveelheid restafval in een gemeente, dan is het Nederlands gemiddelde gebruikt.AEEA in PMD
Het AEEA in PMD wordt berekend door de hoeveelheid PMD van een gemeente te vermenigvuldigen met het gemiddelde percentage AEEA in PMD. PMD wordt per gemeente bijgehouden door het CBS. AEEA in PMD wordt door onze partners bijgehouden in de samenstellingsanalysen. In de benchmark is een generiek percentage gebruikt voor heel Nederland. Dit is voor 2022 vastgesteld op 0.68%. Er is dus geen percentage gedifferentieerd per gemeente. Indien er geen PMD-inzamelingsgegevens beschikbaar zijn bij het CBS, is dit ook weergegeven in de benchmark “Geen gegevens beschikbaar”. Dit verschilt van de methode ten aanzien van restafval, omdat het ook voor kan komen dat een gemeente geen bronscheiding toepast en daarom geen separate PMD-stroom heeft.Vergoeding
De vergoeding die is opgenomen in de benchmark is berekend op basis van het gewicht dat is opgenomen in de benchmark. De Gemeentevergoeding van 2022 (95,35 EUR per ton) is vermenigvuldigd met dat gewicht. Voor de benchmark van 2023 is uiteraard het nieuwe tarief gebruikt van 104,89 EUR per ton. In werkelijkheid is de vergoeding uitgekeerd aan de factuurorganisatie die gekoppeld is aan het inzamelpunt. Je kunt de werkelijke vergoeding dus terug te vinden op de factuurvoorstellen. De vergoeding in de benchmark is dus niet de daadwerkelijk uitgekeerde vergoeding, maar vertegenwoordigd een bedrag dat overeenkomt met het gewicht uit de benchmark.CO2-uitstoot bespaard door recycling
De vermeden CO2-uitstoot door materiaalrecycling wordt berekend door het ingezamelde gewicht te vermenigvuldigen met een factor die de vermeden CO2-uitstoot per ton inschat. Voor het berekenen van deze vermeden CO2-uitstoot zijn de volgende stappen doorlopen:- De grondstoffensamenstelling van AEEA vanuit het gemeentekanaal is bepaald.
- De CO2-uitstoot van de winning van deze grondstoffen wordt uit de Ecoinvent database gehaald.
- We gaan ervan uit dat een nieuw apparaat voor 100% uit nieuw gewonnen grondstoffen bestaat.
- De CO2-uitstoot van het recycle proces wordt vergeleken met de CO2-uitstoot van een nieuw product om tot een bespaarde CO2-uitstoot per ton te komen.
- Extrapolatie en gebruik voor andere doeleinden zoals CO2-claims kunnen niet zonder meer plaats vinden.
- De CO2-uitstoot dient in de benchmark beschouwd te worden als CO2-equivalenten.