Skip to content
Terug naar nieuwsoverzicht
· Leestijd: 1 min

PwC-analyse: één producentenorganisatie meest effectief voor uitvoering UPV en bijdrage aan circulaire economie

 

Zoetermeer – Een analyse van Strategy&, de strategieconsultancytak van PwC laat zien dat een model met één producentenorganisatie (PRO) de meest effectieve en efficiënte manier is om de Uitgebreide Producentenverantwoordelijkheid (UPV) uit te voeren. Het rapport, dat Europese marktmodellen vergelijkt, concludeert dat centrale coördinatie in combinatie met marktwerking de grootste bijdrage levert aan innovatie, bewustwording en circulaire groei.

PwC onderzocht in opdracht van Stichting OPEN hoe producentenorganisaties in verschillende landen de wettelijke producentenverantwoordelijkheid uitvoeren. Daarbij zijn modellen met één, twee en meerdere PRO’s vergeleken. De studie laat zien hoe de inrichting van producentenorganisaties de prestaties van UPV beïnvloedt en de effectiviteit van het beleid versterkt.

De analyse toont aan dat de meerwaarde van producentenorganisaties verder reikt dan het behalen van inzameldoelen. UPV, uitgevoerd via PRO’s, is een krachtig instrument om innovatie te stimuleren en de circulaire economie te versterken. Ongeveer 80% van de totale kosten van een PRO gaat naar contracten met inzamelaars en verwerkers. Daarmee is concurrentie en marktwerking volledig ingebouwd in het systeem, ook bij één PRO. Het rapport neemt zo de zorg weg dat een enkel PRO-model zou leiden tot inefficiëntie of gebrek aan concurrentie.

“De analyse van PwC laat eigenlijk gewoon zien dat samenwerking werkt,” zegt voorzitter Steven van Eijck, voorzitter van Stichting OPEN. “Eén organisatie die verantwoordelijkheid neemt, creëert duidelijkheid, kwaliteit en innovatie. Dat is precies wat we nodig hebben om de circulaire economie verder te brengen.”

“In landen met meerdere producentenorganisaties ontstaat versnippering, hogere complexiteit en een ongelijk speelveld”, aldus Jan Vlak, algemeen directeur. “Er wordt dan  boven de PRO’s een nieuwe instantie ingesteld om samenwerking te coördineren, wat de behoefte aan sturing bevestigt maar het systeem onnodig duurder en minder effectief maakt”.

Het Nederlandse model combineert centrale coördinatie met marktwerking in de uitvoering en leidt tot kwaliteit, innovatie en bewustwording. Daarmee vormt het een stabiele en toekomstbestendige basis voor de uitvoering van producentenverantwoordelijkheid binnen de circulaire economie.

Op dit moment neemt het ministerie van Infrastructuur en Waterstaat in opdracht van de Tweede Kamer de huidige UPV-systemen in Nederland onder de loep. Daarbij wordt vooral gekeken of de UPV in de huidige vorm nog voldoende bijdraagt aan de circulaire ambities.Stichting OPEN zal de bevindingen uit de analyse van PwC delen met het ministerie en andere betrokkenen om zo bij te dragen aan de gesprekken over  verdere modernisering en versterking van UPV.